Je hoort het in de winter nogal eens in het weerbericht: ‘De temperatuur loopt op tot zoveel graden, maar wegens een schrale oostenwind komt de gevoelstemperatuur een stuk lager uit.’ Dat effect kan zó sterk zijn dat een buitentemperatuur die in werkelijkheid bóven nul ligt aanvoelt als een temperatuur ónder nul: je kunt het gevoel krijgen alsof je gezicht en je ledematen bevriezen. Natuurlijk is dat niet echt zo, maar zo voelt het. In feite worden onze zintuigen door de omstandigheden voor de gek gehouden en voelt de temperatuur anders aan dan die in werkelijkheid is.
En een gevoelstemperatuur kan niet alleen lager zijn dan in werkelijkheid, maar ook hoger. Denk maar aan koorts. Zelfs al is je lichaamstemperatuur maar één tot anderhalve graad hoger dan normaal, je hebt het gevoel dat het veel meer is.
Zo’n zelfde effect kan luchtvochtigheid op ons hebben. Hitte wordt als veel erger ervaren in een omgeving met een hoge luchtvochtigheid dan bij een lage vochtigheidsgraad. En andersom. Ik bracht eens een vakantie door in de prachtige nationale parken in het zuidwesten van de Amerikaanse staat Utah, en het was daar toen erg heet, tegen de veertig graden Celsius. Maar de luchtvochtigheidsgraad is daar zoveel lager dan hier, zodat het niet zo heet aanvoelde als ik had verwacht. Het enige waar je aan merkte hoe heet het was, was het uitdrogen van je lippen, en een veel grotere behoefte aan drinken. (En hoe erg ik genoot van de airco in de huurauto…)
Die lage vochtigheidsgraad werkt ook verzachtend bij kou: vrieskou voelt bijvoorbeeld minder erg aan. Buitenlanders zien in Utah met stomme verbazing aan dat Amerikanen soms gewoon in korte broek of korte mouwen in de sneeuw naar buiten gaan – en dat komt doordat ze vanwege de lage luchtvochtigheid de kou niet zo voelen als wij hier bij dezelfde temperatuur.
Dat effect van de luchtvochtigheidsgraad is in de sauna ook te voelen. Een ‘droge’ saunacabine voelt minder heet aan dan een ‘vochtige’ met dezelfde temperatuur. En dus zal een vochtige cabine meestal niet de heetste in een saunabedrijf zijn. Denk maar eens aan de 100- en 110-gradencabines die je hier en daar tegenkomt, dat zijn altijd droge cabines. Zouden ze bij diezelfde temperatuur een hogere luchtvochtigheid hebben, dan zouden die cabines echt alleen nog maar voor de allerergste diehards zijn.
En je kunt dit effect heel sterk ervaren bij opgietingen. Sommige saunameesters leggen aan hun gasten uit dat bij het opgieten van vocht op de kachel de werkelijke temperatuur daalt, maar dat de gevoelstemperatuur het omgekeerde doet, want die stijgt. Dat is ook onmiddellijk te voelen zodra er vocht is opgegoten en de vochtige lucht door de cabine is verspreid.
Hoewel die vochtige lucht relatief zwaar is, doet hij toch hetzelfde als droge warme lucht: hij stijgt op. Dus opgieting of niet, de hoogste bankjes zijn altijd de heetste plekjes.
Maar wat het verschil tussen de werkelijke temperatuur en de gevoelstemperatuur ook is, bedenk dat het na gebruik van een saunacabine altijd nodig is om goed te koelen.
Geef een reactie